Werking van de warmtepomp

Een warmtepomp werkt net zoals een koelkast. Die wordt koud omdat er in het vriesvak een verdamper zit waarin een koelmiddel circuleert. De voedingswaren in de koelkast geven hun warmte af aan de verdamper en die warmte verlaat de koelkast via een condensor (= zwart metalen rooster) aan de achterkant. De warmtepomp haalt op dezelfde manier warmte uit het milieu. Dankzij de zon zitten er in de aarde, het water of de lucht, altijd en overal – ook in de winter – enorme massa’s warmte opgeslagen. Het is deze warmte die wordt gebruikt om een woning te verwarmen.

Wilt u de werking van een warmtepomp, of de voordelen en nadelen van een warmtepomp kennen? Lees dan verder op deze pagina of contacteer MVH uit Zaventem. Ook voor een prijsofferte! Wij zijn ook werkzaam in de regio’s Vilvoorde, Machelen, Brussel, Mechelen en Leuven.

WARMTEOPNAME UIT DE OMGEVING

Het koelmiddel in de verdamper staat onder lage druk. De temperatuur van de omgeving en de verdamper moet hoger zijn dan van de koelvloeistof en zijn kookpunt. (Vooral door de lage druk kan dat kookpunt onder de 0 °C liggen). Dit temperatuursverschil zorgt ervoor dat er omgevingswarmte naar de koelvloeistof vloeit en die al snel gaat koken. Het koelmiddel komt zo in gasvormige toestand.

VOORDELEN

  • zeer laag verbruik
  • milieuvriendelijk (bv lagere CO2 uitstoot)
  • kan verwarmen en koelen
  • onderhoudsvrij
  • levensduur van meer dan 20 jaar
  • schoorsteen is overbodig
  • geen stookolieput nodig
  • kan bij industriële processen toegepast worden om restwarmte te hergebruiken

NADELEN

  • grote investering
  • grotere dimensie van radiatoren of vloerverwarming vereist
  • opwarming gebeurt bij lagere temperaturen en verloopt dus trager
  • een warmtepomp met horizontale collector vereist een grote oppervlakte, bij andere systemen is een specifieke ligging nodig

ONDERHOUDSVRIJ

Warmtepompen vereisen geen onderhoud en hebben een theoretische levensduur van minstens 17 jaar, maar in de praktijk gaan ze vaak langer dan 20 jaar mee.

SOORTEN WARMTEPOMPSYSTEMEN

Warmtebronnen
Er zijn verschillende warmtebronnen mogelijk bij een warmtepomp. De uiteindelijke warmtebron hangt vooral af van het type van de installatie, het vermogen, en de plaatselijke omstandigheden.

Aarde
De aarde is een zeer goede warmteaccumulator en vrijwel altijd de beste keuze. Regen en zon zorgen ervoor dat haar temperatuur gedurende het hele jaar ongeveer 8 tot 12 °C bedraagt.

Horizontaal captatienet
Bestaat uit kunststofbuizen die ca. 1,2 m diep in de tuin liggen. Door deze buizen stroomt de warmtedrager, een vloeistof, die door de warmere aarde wordt opgewarmd. De opbrengst bedraagt gemiddeld 25 W/m². Deze methode heeft al 20 jaar zijn effectiviteit bewezen als bijzonder betrouwbaar en goedkoop.

Verticale aardsondes
Wanneer men slechts over een klein grondoppervlak beschikt, kan men warmte aan de aarde onttrekken via verticale aardsondes. In één of meerdere boringen die tussen 25 en 75 m diep zijn worden kunststofbuizen neergelaten waardoor de warmtedrager circuleert en de warmte opneemt. De gemiddelde opbrengst (per boormeter) is 50 W/m maar deze hangt af van de plaatselijke geologie.

Grondwater
Bij deze methode wordt grondwater opgepompt en naar de warmtepomp gestuurd. Dit kan rechtstreeks of, aan te raden, met een scheidingswarmtewisselaar. Het afgekoelde water vloeit daarna weer terug via een retourput.

Lucht
Lucht is overal en in voldoende mate aanwezig. Bij zeer lage buitentemperaturen is de hoeveelheid warmte die we uit de lucht kunnen halen echter vrij laag. Daarom is tijdens koude periodes soms een extra verwarmingsbron nodig om de warmtepomp te ondersteunen.